Pasen, feest van hoop

pasen, een thuis vinden bij God

Marc Massaer

Broeders en zusters in Christus,

Enkele weken terug op dinsdag 17 maart heeft Nederland geapplaudisseerd voor alle mensen werkzaam in de zorg: artsen, verpleegkundigen en anderen die strijden tegen het coronavirus. Heel hartverwarmend voor hen, die dag in dag uit klaar staan om mensen met het coronavirus te verzorgen en levens te redden. Het zijn spannende tijden in de strijd tegen de dood. Mensen in de zorg een hart onder de riem steken, geeft bemoediging en hoop. Landelijk worden deze mensen helden in de zorg genoemd.
In plaats van de aandacht te vestigen op de stijging van het aantal doden zouden de media ook wel eens mogen berichten over het aantal mensen dat genezen is van het coronavirus om de angst en de paniek van de mensen te doen verminderen.

Als wij vanavond/vanmorgen Pasen vieren, dan gedenken wij met vreugde de verrijzenis van Jezus en we zouden eigenlijk ook voor God moeten applaudisseren. Dankzij Jezus is de vrees voor de dood verdwenen want wij geloven dat het leven verdergaat in de eeuwigheid. Jezus zegt trouwens overal waar Hij verschijnt: Weest niet bevreesd en vrede zij met u.
Angst is een slechte raadgever en kan zo verlammend werken dat we niets meer durven doen in het leven. Vanzelfsprekend moeten we voorzichtig zijn in het leven en niet roekeloos. Maar voortdurend met angst leven houdt een heel groot gevaar in, want machthebbers en politici kunnen hier misbruik van maken en maatregelen uitvaardigen die de vrijheid en de privacy van de mensen ernstig beperken en zo de bevolking onderdrukken. Hoe de angst bij vele mensen wegnemen voor het gevaar van de sluipmoordenaar van het coronavirus en hoe het normale leven weer terug kan komen, is nog niet zo eenvoudig op te lossen.
Het is een taak van de overheid om te zorgen voor de lichamelijke gezondheid van haar burgers maar wat net zo belangrijk is, misschien wel belangrijker, is de geestelijke gezondheid van mensen. De hele coronacrisis is niet zonder meer alleen maar negatief; zij doet ons ook nadenken over God en over waar wij staan in ons geloof. Als alles rondom ons wegvalt, dan kunnen we niet anders dan onze blik naar boven richten, naar God, en aan Hem vragen ons te redden en te helpen. We kunnen ons afvragen waarom God dit virus toelaat en zo vele mensen sterven, maar daar vinden we niet meteen een antwoord op. Wat we wel kunnen doen, is God bestormen met onze gebeden om dit virus te doen stoppen. We mogen erop vertrouwen dat God wel degelijk kan ingrijpen in de geschiedenis. Dat heeft Hij gedaan door Jezus te doen verrijzen uit de doden en dat heeft Hij trouwens al meerdere keren gedaan.

In het jaar 590, tijdens het pontificaat van de heilige Gregorius de Grote, teisterde de pest de stad Rome. Elke dag stierven er honderden inwoners en de straten lagen bezaaid met lijken. De heilige paus wou met zijn publieke gebeden Gods barmhartigheid afsmeken over de stad.
Op een dag, terwijl ze in processie het beeld van de heilige Maagd Maria naar de St.-Pietersbasiliek droegen, verscheen de heilige Aartsengel Michael boven het Mausoleum van Hadrianus met in zijn hand een groot zwaard, waarvan het bloed stroomde. Hij stak het weer in de schede als teken van het einde van de pest die Rome teisterde. Dankzij de hulp van de heilige Maagd Maria en de heilige Aartsengel Michael werd Rome bevrijd van de gesel van de pest. Ter nagedachtenis heeft men op die plaats de kerk Regina Coeli gebouwd en voortaan noemde men het mausoleum van Hadrianus Engelenburcht.

Een ander voorbeeld van God die ingrijpt, kunnen we vinden in het leven van Petrus. Toen Petrus in Rome het evangelie verkondigde, werd hij op een gegeven ogenblik gevangen genomen en in de gevangenis geworpen. Door de toenmalige kerk werd vurig tot God gebeden voor de bevrijding van Petrus. In de gevangenis verscheen een engel aan Petrus die de deuren van de gevangenis opende, waardoor Petrus kon ontsnappen. Ook hier zien we dus dat God ingrijpt doordat de kerk bidt tot God.

Broeders en zusters in Christus,
God laat zijn schepping niet los en wil de mensen redden van onheil, ziekte en de dood. Het wordt nooit zo donker of het wordt weer licht.
Zozeer heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft, niet verloren zal gaan maar eeuwig leven zal hebben.
Pasen is een feest van hoop: niet het kwaad en de dood heeft het laatste woord maar Gods liefde. Jezus leeft en is verrezen, alleluja. Aan u allen wens ik een zalig paasfeest toe. Amen.

Printversie