Over water lopen...

Gust Jansen

Gust Jansen

Niemand wil in het leven voor verrassingen komen te staan. Veel mensen die op vakantie gaan, bereiden de reis thuis goed voor: hoe ze zullen rijden, wat ze willen zien en waar ze zullen overnachten. Anderen laten een reisbureau hun vakantiereis regelen of hebben via internet alles tot in de puntjes geregeld.

Heel anders dan zo'n georganiseerde vakantiereis is de tocht die we allemaal moeten maken: onze levensreis. Je kunt niks vooraf boeken en maar weinig valt te plannen. Doe je dat wel, dan komt het vaak toch heel anders uit. Onze levensreis is een tocht vol verrassingen: heel plezierige soms, maar soms ook heel vervelende of tegendraadse, aldus de ervaring van Paulus.

De lezingen van vandaag gaan over wat mensen op die zogenaamde levensreis kunnen meemaken. Het zijn –zoals heel dikwijls het geval is met Bijbelverhalen- geen verhalen over historische gebeurtenissen maar veel meer verhalen over het leven. Wat de profeet Elia en de apostelen Petrus en Paulus overkomt, overkomt ook ons...

Eerst Elia: Hij heeft de priesters van de afgod Baal voor schut gezet. (Met 400 man hadden ze tot Baal gebeden om regen, maar het land bleef droog; Elia bidt in zijn eentje tot Jahweh en even daarna valt de regen met bakken neer...) Daarmee jaagt hij zijn tegenstanders tegen zich in het harnas. Hij vreest voor zijn leven en vlucht daarom de woestijn in. Bang kruipt hij weg en hij verbergt zich in een grot...

Niet begrepen worden, zoals Elia, terwijl je het goed voorhebt met anderen, dat overkomt ons vroeg of laat ook: je krijgt onverdiend de wind tegen in het leven. Het stormt, vertelt de Bijbel, en God is nergens te bekennen. De aarde begint te beven in het verhaal over Elia, en net als zijn leven wordt ook ons leven wel eens door elkaar geschud en lijkt God ver weg. Pas later, in de stilte na de storm, lezen we in de Bijbel, als er weer rust komt in ons leven, komt in de stilte God ons weer nabij.

We kregen indertijd de wind tegen, vertelde iemand. Het stormde in ons leven, we werden behoorlijk door elkaar geschud en God was nergens te bekennen. Pas later, toen alles en wij ook rustiger waren geworden, toen zagen we pas hoe God ons had geholpen en dat hij ons stillekes nabij was in lieve mensen. Of zoals de bijbel zegt: God kwam Elia nabij in een zachte bries. Zoals je wind niet ziet maar voelt, zo raakt de onzichtbare God ons zachtjes aan in lieve mensen die ons nabij zijn als het leven moeilijk is.

En zoals het Elia verging, zo verging het ook Petrus met zijn vrienden: ze zijn Jezus verloren, ze varen nu zonder Hem door het leven; veel mensen van Jeruzalem lachen hen uit, maken hun het leven zuur. Ze krijgen de wind tegen en voelen zich door Jezus in de steek gelaten..., totdat hij heel onverwacht weer opduikt in hun leven, als hij hen over het water tegemoet komt, Petrus de helpende hand toesteekt en de storm doet bedaren.

Net als dat verhaal van Elia is ook dit verhaal een parabel die vertelt over onze levensreis, waarin soms een storm opsteekt die je bang maakt, heel bang... Maar onherkenbaar (ze dachten een spook te zien, schrijft Mattheus) komt Jezus over het water naar hen toe... om hen te helpen. En de wind gaat liggen.

We zien mensen soms hun zieke levenspartner of hun ouders dag en nacht verzorgen, terwijl iedereen zegt: 'Hoe houden ze 't vol?' Maar ze doen het onmogelijke: ze lopen - kun je zeggen - in het donker en de storm over het water om te helpen... Ze doen het onmogelijke.

De lezingen vandaag leren ons daarom dit: Wie gelooft in God en houdt van mensen, die kan over water lopen! Dat betekent: kan veel en veel meer dan mogelijk lijkt.