Licht en schaduw

Kaarslichtjes

Steven Barberien

Ieder van ons weet wat verlies is… Voor sommigen is het nog maar pas geleden dat ze iemand verloren hebben, voor anderen is het al wat langer geleden. 
Soms wordt gezegd: “Tijd heelt alle wonden”, maar dat is onzin. De tijd op zich geneest niets. De wonde die is geslagen, het gemis dat er is…, dat gaat nooit weg. Hoe vaak hoor ik niet zeggen: “Het lijkt wel dat het met de tijd juist erger wordt.” Gemis groeit, verdriet slijt… De hevige uitbarstingen van verdriet met een fikse huilbui, die worden zachter en milder, maar de lege plek aan tafel of in bed die blijft, pijnlijk confronterend.

En ofschoon iedereen zegt en vindt dat je de pijn niet moet opkroppen, dat je alles mag uiten…, voelen we ons toch vaak ongemakkelijk wanneer mensen dat doen… Onze eerste reactie is troosten en sussen, aan mensen zeggen dat ze sterk moeten zijn, want onze samenleving heeft het moeilijk met rouw. Alles moet vlug gaan, met progressie voortgaan… We hebben geen tijd om stil te staan bij de dood… en dus zeggen we: “Het leven gaat verder…, je moet er iets van maken…, probeer ervan te genieten…” Allemaal wellicht goed bedoeld, maar gevoelsmatig mijlenver verwijderd van waar de ander mee zit…

Wie rouwt, kan niet verder…, de tijd staat stil… Er is niet alleen een geliefde gestorven maar ook een stuk van jezelf. Je bent jezelf deels kwijtgeraakt, je bent gewond. En zoals een lichamelijke wonde pijn doet en weer begint te bloeden als je ergens tegen aanstoot…, zo wordt die geestelijke wonde telkens opengestoten door herinneringen, ervaringen en dagen zoals deze…

Zou het dan een oplossing zijn elke herinnering uit het leven te bannen, uit angst telkens weer gekwetst te worden? Neen, het delen van de herinnering en het noemen van hun namen, zoals vandaag gebeurt, is wel pijnlijk maar doet ook juist veel deugd. Want iemand ‘doodzwijgen’ is hem een tweede dood geven, voor zijn naasten nog pijnlijker dan de eerste…. Hoe fijn is het niet gewoon te mogen praten over die ons lief zijn en blijven, ook al zijn ze gestorven?

Daarom is het ook zo belangrijk dat wij in de kerk die namen noemen in deze viering, in de viering op dinsdagavond of in het weekend bij de misintenties…, en dat die namen onuitwisbaar geschreven staan op het gedachteniskruisje hier in de kerk, maar meer nog in Gods hand.
Gods herinnering aan mensen gaat verder dan de onze. Hij kent ons al voor we geboren zijn en blijft ons kennen, zelfs wanneer we al lang stof en as geworden zijn. God vergeet nooit! En dat gelovig inzicht geeft ons hoop!

Het geloof in een eeuwig en gelukkig leven in Gods nabijheid maakt het verdriet niet minder, lost het gemis niet op, maar het helpt wel om verder te gaan met het leven zonder dat men verbitterd wordt of verlamd raakt. Verdriet en gemis horen bij ons leven, of wij nu willen of niet… Ze zijn als onze schaduw onlosmakelijk met ons verbonden. Soms zien we die schaduw wel en dan weer niet… Soms is die groot en dan weer klein, voor of achter ons…

Zo is het ook met verdriet en gemis. Ze kunnen opeens levensgroot aanwezig zijn op momenten dat je het niet had verwacht… en een schaduw werpen op je bestaan… Ga maar na: liefdevolle herinneringen zijn als de warmte en het licht van de zon…, deugddoend maar ze werpen wel een schaduw… en daarmee moet je nu eenmaal leven…

Printversie