Het woord van God

Eucharistie en Schrift

Marc Massaer

Deze week werd ik plotseling bij een ernstig zieke man geroepen, die stervende was. Ik had hem leren kennen via de Alphacursus, een bijbelgroepje waarin maandelijks het woord van God van de zondag werd besproken. Van huis uit was hij protestant maar hij vond het katholieke geloof prachtig en was bezig over te gaan naar de katholiek kerk. Die stap had hij door zijn ziekte niet kunnen zetten. In zijn stervensuur heeft hij de geloofsbelijdenis afgelegd, het vormsel en de ziekenzalving ontvangen en is hij katholiek geworden. Het was een heel emotioneel moment. Iedereen in de familie was diep geraakt, omdat hij maar net vijftig jaar was. Enkele uren daarna is hij naar de Heer overgegaan. Een heel bijzonder moment in de week van de oecumene. Het is een teken van God dat Zijn Woord het leven van mensen kan vernieuwen en veranderen.

Deze zondag heeft paus Franciscus een brief geschreven, speciaal gewijd aan het Woord van God. En Jezus roept een aantal volgelingen om van hen mensenvissers te maken. Dit wil zeggen: mensen opvangen in allerhande levensomstandigheden, hen begeleiden in hun geloofsleven en winnen voor God door de verkondiging van Zijn woord. Woorden hebben een grote invloed op mensen. Daarmee kun je mensen bemoedigen en prijzen, maar je kunt hen er ook mee kwetsen en beledigen. In het woord van God daarentegen zit een kracht die mensen nieuw leven schenkt.

In zijn brief schrijft paus Franciscus dat de relatie tussen Jezus de Verrezene, de gemeenschap van de gelovigen en de heilige Schrift van uitermate groot belang is voor onze christelijke identiteit.
Het woord van God helpt ons de zending van Jezus en Zijn Kerk in de wereld beter te verstaan. De heilige Hieronymus kon terecht schrijven: de heilige Schrift niet kennen, is Christus niet kennen. Je verdiepen in het woord van God is een opdracht voor iedere christen. Het is niet erg als je de Bijbel leest en het woord van God niet meteen begrijpt. Als je echt van iemand houdt, heb je de hele persoon lief, al begrijp je die persoon niet helemaal. De dingen die je niet meteen begrijpt, horen erbij. Dat is ook zo met het woord van God. Paus Franciscus benadrukt dat de omgang met het woord van God een omgang met Jezus zelf is.
De titel van zijn brief, Aperuit illis, is ontleend aan de passage waarin Jezus optrekt met de Emmaüsgangers. Ze zijn teleurgesteld, omdat ze denken dat Jezus, op wie ze hun hoop hebben gesteld, is gestorven. Jezus trekt met hen mee, maar ze herkennen Hem niet. En dan staat er die prachtige zin: ‘Hij maakte hun geest toegankelijk voor het begrijpen van de Schriften.’ Die ervaring van de allereerste leerlingen, die hoorden wat de H. Schrift werkelijke betekende, wat God deed en doet met Jezus, is een ervaring voor ons allemaal.

Belangrijk om in te zien is dat er een nauw verband is tussen de heilige Schrift en de Eucharistie. Het Tweede Vaticaans Concilie leert: de Kerk heeft de goddelijke geschriften steeds vereerd, alsook het lichaam van de Heer zelf. Want voortdurend voedt de kerk zich, vooral in de heilige Liturgie, met het Brood des leven aan de tafel en met het woord van God.

De voortdurende omgang met de Heilige Schrift en de viering van de Eucharistie maken het mogelijk ons te herkennen als personen die bij elkaar horen. Als christenen zijn wij een volk dat in de geschiedenis op weg is, gesterkt door de tegenwoordigheid van de Heer midden onder ons, die tot ons spreekt en ons voedt.
Deze derde zondag doorheen het jaar die wordt gewijd aan de Bijbel, wil niet één keer per jaar zijn, maar is voor het hele jaar, omdat wij er dringend behoefte aan hebben vertrouwd en intiem te worden met de Heilige Schrift en de Verrezen Jezus.  Anders blijft ons hart kil en blijven onze ogen gesloten voor de liefde van God, getroffen als wij zijn door ontelbare vormen van blindheid.

De heilige Schrift oefent haar profetische werking uit in de harten van wie naar haar luistert. Zij brengt zoetheid en bitterheid voort. De evangelist  Johannes heeft op het eiland Patmos dezelfde ervaring als Ezechiël bij het ‘eten’ van het heilige boek: ‘En het smaakte in mijn mond zoet als honing, maar toen ik het had doorgeslikt, vulde bitterheid mijn lijf.’

De zoetheid van Gods woord zet ons ertoe aan allen die wij ontmoeten in ons leven, hiervan deelgenoot te maken en daarover te vertellen. De bitterheid komt, op haar beurt, vaak voor als we vaststellen hoe moeilijk het voor ons is het woord consequent te beleven, of als we aan den lijve ondervinden dat het wordt afgewezen, omdat het niet als waardevol wordt beschouwd om het leven zin te geven.

Moge deze zondag die aan het woord is gewijd, bij ons het besef van de waarde van een vertrouwelijke omgang met de heilige Schrift doen groeien, opdat we de Heer Jezus beter leren kennen en beminnen. Amen.

Printversie